MELKBOSSTRAND – Sierd van der Bij (26) uit Burdaard liftte bijna 15.000 kilometer dwars door het Afrikaanse continent voor een goed doel. Op zijn bestemming Kaapstad leerde hij zijn meisje kennen, de moeder van zijn pasgeboren zoon. Inmiddels staan er zo’n 500 auto’s op de teller en krap aan 60 landen. ‘Toen ik als vijftienjarige naar school in Dokkum liftte, had ik geen idee dat ik jaren later op die manier door Europa en Afrika zou reizen.’
De meeste vrienden uit Fryslân kennen Sierd uit zijn Rock ’n Rolltijd. Beetje studeren aan de lerarenopleiding Nederlands in Leeuwarden, tot laat uitgaan, internationale muziekfestivals en concerten bezoeken, recensies schrijven voor het Friesch Dagblad en kriskras door Europa reizen. ‘Ik hield ervan om op de bonnefooi te leven en rond te trekken,’ vertelt hij vrolijk.
Sierd begon met liften op zijn vijftiende. Van zijn woonplaats Burdaard naar de middelbare school in Dokkum. ‘Ik wilde ontsnappen aan de wind op de fiets. Meer jongens uit het dorp liftten naar school. Eén lange weg rechtdoor; er kon weinig misgaan. Ik wist toen niet dat ik een aantal jaar later op die manier de wereld zou doorkruizen.’
Rust
Sierd’s huidige standplaats is Melkbosstrand. De plek waar hij zich in maart 2014 settelde met zijn meisje Anna, een geboren en getogen Zuid-Afrikaanse, en met zijn zoon Liam Arjen, die 12 september ter wereld kwam. Melkbosstrand is een rustig en toeristisch plaatsje op zo’n twee minuten lopen van de Atlantische kust en een halfuur autorijden van miljoenenstad Kaapstad. Daar werkt Sierd op de Duitstalige klantenservice van Swiss International Airways.
Melkbosstrand ligt dichtbij natuurreservaat Blaauwberg en is omgeven met kleurrijke bloemen en met duinen zoals op de Wadden. ‘Fijnbos noemen ze het duingewas in het Afrikaans.’ In het plaatsje wonen relatief veel blanken en wat zwarte Afrikanen uit de middenklasse. In deze regio, waar het klimaat minder heet is dan aan de zuidkant van de kaap, hebben enkele BN’ers hun tweede huis.
Ommekeer
Op het strand van zijn woonplaats loopt Sierd sinds zijn aankomst iedere dag hard. Om fysiek en mentaal fit te blijven. ‘Ik wilde tot mezelf komen toen ik 1 maart naar Zuid-Afrika verhuisde. Ik wist het verschil tussen voor en achter niet meer van vermoeidheid en de heftige periode daar voor. Hardlopen hielp. Ik leerde een rustige kant van mezelf kennen.’ Op 26 september volbracht hij zijn eerste doel: de Cape Town Marathon uitlopen voor zijn in februari plotseling overleden moeder. Met een flinke scheenbeenblessure. ‘Na 26 kilometer stortte ik in. De rest van de 42 kilometer legde ik lopend af. Maar ik haalde de finish.’
Het jaar 2014 begon roerig voor de Fries om Utens. Een week voordat Sierd naar Afrika emigreerde, ging zijn moeder onverwachts dood. ‘Ik was in Burdaard om wat spullen op te halen voor mijn vertrek toen zij overleed. Die periode was confronterend.’ Het roer moest om. ‘Ik wilde niet meer tot diep in de nacht stappen. Na mijn vorige bezoek aan Zuid-Afrika tijdens Kerst 2013 bleek Anna onverwacht zwanger. Ze vertelde bij thuiskomst via Skype dat we samen een kindje zouden krijgen, maar we hebben liever niet dat Liam weet dat hij een Skype-baby is,’ vertelt hij glimlachend. ‘We hadden al plannen om bij haar en haar ouders in te trekken; wat gebruikelijk is hier vanwege de hoge kosten. Toen ik in maart terugkwam had Anna al een klein buikje. Ik sta er sindsdien meer bij stil wat echt belangrijk is in het leven.’
Weinig geld, veel avontuur
De eerste keer dat Sierd buiten Fryslân liftte was met zijn vriend Christiaan, die hij kende van VPRO’s online muziekplatform 3voor12 Friesland, waar de muziekliefhebber eindredacteur was. ‘We hadden alleen voor de terugweg een vliegticket geboekt van Litouwen naar Bremen. Met het idee: we zien wel hoe we bij het vliegveld komen.’ Landen als Irak, Iran, Syrië, Libanon en Turkije volgden. Deels liftend, deels met de trein en bus. ‘We wilden weinig geld uitgeven, maar wel veel van de wereld zien en met locals in contact komen.’
De grote uitdaging volgde in oktober 2012. Toen hij, Christiaan en medereiziger Neda werden geselecteerd door non-profitorganisatie Thumbs Up Africa uit Groningen om naar Kaapstap te liftten. Het doel van de stichting was om het echte Afrika te laten zien. ‘Mensen in Friesland verklaarden ons voor gek dat we dwars door het Afrikaanse continent gingen liften. Afrikanen dachten er ook zo over. Ze hebben weinig van hun eigen werelddeel gezien.’ De reizigers wilden een documentaire maken over het huidige Afrika voor de Nederlandse publieke omroep. ‘Afrika is minder achterlijk dan we denken. In Egypte spraken we over vrouwenrechten, in Ethiopië over kinderarbeid en in Nairobi stonden we in een karaokebar. Maar er zat te weinig consensus in ons verhaal. De rode draad miste.’
Het drietal deed er drie maanden over om van startpunt Groningen naar zuidelijk Afrika te reizen. In totaal namen ze 165 auto’s, bussen, vrachtwagens, fietsen en taxi’s (in afgelegen gebieden). Het avontuur eindigde januari 2013 in Kaapstad. ‘De reis was inspirerend maar ook vermoeiend.’ Sierd moest bijkomen van wekenlang continu onderweg zijn. ‘Ik dronk de eerste dagen daar alleen maar biertjes op het terras op Long Street.’ Daar ontmoette hij Anna. De vonk sloeg over tijdens een weekendje weg met gemeenschappelijke kennissen tussen de wijnranken in Stellenbosch, het hart van de beroemde Zuid-Afrikaanse wijnbouw. ‘We zoenden de eerste keer in de Indische Oceaan. Toen wist ik: jou ga ik nog eens zien.’
Een week na zijn afscheid met Anna stuurde hij haar zijn eerste brief onderweg naar huis. Na thuiskomst in zijn toenmalige woonplaats Berlijn, waar hij freelancete voor een pr- en evenementenbureau, lag er ook een liefdesbrief voor hem klaar. Na maandenlang ouderwets brieven schrijven en later Skypen en bellen, kwam Anna hem juli 2013 drie weken opzoeken in Berlijn. Samen liftten ze naar Nederland. ‘Ik heb haar Amsterdam en Terschelling laten zien en Burdaard natuurlijk.’
Ansichtkaart
De omgeving van Burdaard past volgens Sierd bij het stereotype beeld dat veel mensen van Nederland hebben. ‘Er is een molen, een rivier, koeien, mensen fietsen, een enkeling loopt op klompen en het gras is groen. Dit is voor mij thuis. Friesland is voor mij dat stukje land dat ik hier eens in de zoveel tijd noem, in een gesprek over thuis, of na een Fries liedje dat ik stiekem op YouTube zoek. Als je Twarres met Wer Bisto nog eens beluistert, hoor je dat het best een lekker nummertje is.’
Fries zijn, betekent voor Sierd ook Fries spreken. Tegen zijn zoon Liam spreekt hij ook Fries, soms Nederlands. ‘Als hij straks mondiger wordt, is het de bedoeling dat hij Fries, Nederlands en Engels spreekt. Misschien een woordje Afrikaans. En Friesland wil ik hem sowieso laten zien. Fansels. We proberen komend voorjaar naar huis te gaan.’ Sierd vindt Fryslân het mooist in de lente en in het begin van de zomer, wanneer de kleuren het beste uitkomen. ‘Ik mis de koude wind en donkere maanden absoluut niet. Hier wordt het nooit kouder van 15 graden in de winter (Nederlandse zomer). Dat is een hele happening hier. Mensen doen dikke truien aan en mutsen op en handschoenen om,’ vertelt Sierd geamuseerd. ‘Het hout voor de bbq gaat dan gelijk de open haard in.’
Voorlopig blijven de Fries, zijn vriendin en zoontje in Melkbosstrand wonen. ‘Ik heb er vrede mee met hoe mijn leven nu is. Ik wil me wat meer gaan settelen. Regelmatig vraag ik mezelf af waar andere mensen zich druk om maken. Natuurlijk kom ik mezelf ook nog wel eens tegen. Er is niks Rock ’n Rolls aan poep afvegen van mijn wereldkaart,’ vertelt Sierd lachend. ‘Maar over het algemeen kan ik dingen beter in perspectief plaatsen. Ik probeer meer in het ‘nu’ te leven. Te genieten van de kleine dingen. Dan zien we later wel weer waar we terecht komen. Het is nu familietijd.’